Omdat de stadsbus een goedkoop vervoermiddel is, spant het vervoersbedrijf van dienst zich over het algemeen tot het uiterste in om de reisbeleving aan te laten sluiten op het prijsniveau. En dat is nog niet gemakkelijk, want die bussen zijn op zichzelf prachtige apparaten. Omdat dit een indrukwekkende prestatie is te noemen volgt hieronder een gedetailleerde beschrijving van iedere busrit ooit.
Om af te trappen geeft de buschauffeur vlák nadat de deuren zich hebben gesloten steevast een korte maar flinke stoot gas zodat de bus met een ferme schok van zijn plaats komt. Nadat de bus kort uitrolt van de eerste schok begint de chauffeur met het gas te spelen om zo optimaal de rijbeleving van een trapauto te evenaren en de bus met horten en stoten door de stad te jagen. Als het verkeer dit niet toelaat kan de chauffeur dit compenseren door maximaal bij te gassen in de bochten.
Geschrokken van de sterke gelijkenis die de rit heeft met het vissen naar king crab op de Beringzee staat na enkele haltes een geschrokken gezin van buiten de stad op tijdens een van de zeldzame momenten waarop de bus rustig rijdt. Dit om te voorkomen dat ze op het verkeerde moment opstaan en tegen één van de zijkanten van de bus te pletter slaan.
Bevend checkt het gezin uit met de chipkaart – geintje, de scanner is natuurlijk buiten dienst – en zwetend klampt het zich vast aan de gladde stangen en lussen die zich bij de desbetreffende uitgang bevinden.
De chauffeur slaat het tafereeltje op apathische wijze gade en kan helaas niet stoppen bij de eerstvolgende halte omdat het bange gezin zo stom is geweest niet op de STOP-knop te drukken. Ook enkele lokale reizigers die, gehinderd door empathie en medemenselijkheid, zichtbaar aangeslagen zijn geraakt vergeten in alle consternatie op de STOP-knop te drukken en kunnen fluiten naar hun aansluiting – een zogenaamde ‘aanfluiting’ ook wel.
Vanzelfsprekend is de gemiste stop precies zo’n halte waarna het extra lang duurt tot de volgende halte, die zich zonder bushokje op de middenberm van een drukke vierbaansweg bevindt. De 23 mensen die nu uitstappen hoeven gelukkig slechts 28 minuten te wachten op de bus bijna-doodervaring op wielen terug omdat er in de spits een royale twee bussen per uur worden ingezet. Wel moeten ze tien minuten lopen naar die halte, want twee haltes pal tegenover elkaar is wel héél handig. Dan sluit de reisbeleving niet aan op het prijsniveau.
Nadat je de verleiding onderdrukt om een Uber te bestellen; ‘je bent nu al zo ver gekomen’, trekt de rest van de reis als een grauwe waas aan je voorbij. En omdat je al hoofdpijn hebt besluit je, eenmaal aangekomen op je bestemming, eten te halen bij de snackbar zodat je thuis – al Rennie slikkend om de oprispingen te stulpen – kunt genieten van je gortdroge kipcorn waar zoals altijd de bestelde chilisaus niet bij zit.
Saai
Oei
Saai reaguursel. Leg uit waarom dan! Of niet. Kijk maar.
We zien jouw wel boeiende content graag tegemoet Bart. Leuk! Wij moeten ook maar roeien met de riemen die we hebben. En dat is onder andere Willem Treur, dus dan weet je het wel.
Het zwijn onder de buschauffeurs bedoel je? https://images3.persgroep.net/rcs/WGG3QnKRZgIbgenJa35Qp5b70sU/diocontent/115758579/_fitwidth/694/?appId=21791a8992982cd8da851550a453bd7f&quality=0.8
De meeste chauffeurs in ons dorp Haarlem rijden anders heel beschaafd hoor. Maar buiten dat, ik begrijp eigenlijk helemaal niet waarom vitale mensen uberhaupt in een stadsbus stappen. Het is veel trager dan de fiets, kost geld, is niet altijd betrouwbaar, en stelt je bloot aan virussen die je niet wil (ook buiten Coronatijd).
De enige bus die ik zelf wel eens gebruik is die naar Schiphol. Liever dat dan de trein, want de kans op een seinstoring/wisselstoring/kapotte trein/brandmelding/aanrijding met een persoon/vastgevroren wissel/stroomstoring/etc/etc/etc is niet zo bevorderlijk voor de gemoedsrust vlak voor een vliegreis.
Naja, als je fiets gejat is en je drie kwartier moet lopen naar je werk, dan is, zeker op een regenachtige dag, de verleiding om tien minuten tijd te winnen tegen anderhalve euro soms net te groot.